04. Watertoren
Hoe verschillend bouwstijlen door de tijd heen kunnen zijn blijkt wel uit de twee opeenvolgende watertorens op Wageningse bodem. De eerste watertoren, beter bekend als Bélvèdere (1898), inderdaad door zijn mooie uitzicht, is een ontwerp van ingenieur en architect Roelof Kuipers (1855-1922). Naast zijn functie voor waterdruk en -opslag is de toren met een open uitzichtplatform in die tijd ook een ware toeristische attractie. De twintig meter hoge toren biedt een weidse blik vanaf de berg op de Rijn en de Betuwe, maar is ook nog eens fraai ontworpen. Op afstand lijkt het een weelderig gevormde kasteeltoren met wapperende vlag, fier boven de bomen uitstekend. De neorenaissance bouwstijl versterkt dat gevoel. Terug naar de 15e, 16e eeuw, met het comfort van eind 19e eeuw (voor het eerst stromend en schoon drinkwater uit de kraan!). De Bélvèdere raakt helaas aan het eind van de Tweede Wereldoorlog onherstelbaar beschadigd en moet worden gesloopt. Op dezelfde locatie verrijst in 1948 een waardige opvolger: hoger, ranker en bovenal soberder. Dertig meter lang met opnieuw een uitzichtplatform, dit keer overdekt met een groen geoxideerd koperen tentdak. Verantwoordelijk voor de ranke ronde toren is Theodoor K.J. Koch (1902-1985). Deze in Delft opgeleide architect werkt in de Delftse schoolstijl. Onder meer als reactie op de uitbundige en decoratieve Amsterdamse schoolarchitectuur. Sober, harmonieus en traditioneel, dat is de Delftse schoolstijl in een notendop. Geen overbodige opsmuk, maar een eenvoudige uitstraling met het traditionele baksteen als bouwmateriaal, de moderne betonnen constructie is zo aan het zicht onttrokken. Tijdens Open Monumentendagen mag de watertoren beklommen worden en telkens weer blijkt deze solide Wageningse ‘peperbus’ een trekpleister van formaat.
Address
Generaal Foulkesweg 106, Wageningen